Hoe coach je iemand in: Opkomen voor zichzelf in een emotioneel complexe situatie.

(Wil je dit artikel in pdf ontvangen, mail me op info@annekedurlinger.com)

Het ontstaan van de methodiek

Deze methodiek is ontstaan toen ik een coachingsvraag kreeg van een vrouw. De problematiek waar deze vrouw mee kwam, is, de volgende: Getrouwd, jonge kinderen, man heeft een vriendin en de relatie wordt beëindigd. Gevoelens van boosheid, verdriet, angst wisselen elkaar af. De behoefte goed te blijven zorgen voor de kinderen, de toekomst die er ineens heel anders uitziet, de onzekerheid over financiën etc. zijn complicerende factoren. En deze problematiek leeft in de vrouw. De wirwar van gevoelens, de snelle afwisseling van deze gevoelens maakt het moeilijk voor haar om adequaat met de problemen om te gaan. Zij wordt overheerst door de emoties die schreeuwen om aandacht.
Een herkenbare en vaker voorkomende problematiek, of het nu de vrouw of de man betreft. Spontaan ontstond in de coaching de volgende methodiek.

Deze methodiek bestaat uit een mix van NLP-methodieken.
Ik schets in het navolgende:

  • Het doel van de methodiek.
  • De essentie
  • Relevante uitgangspunten.
  • De methodiek en de stappen.
  • De (ten dele) gebruikte NLP-methodieken
  • Communiceren met gedeelten
  • Kerntransformatie
  • Panorama van gedeelten
  • Een deel uit een casus (verbatim).

Doel van de methodiek.
Het doel van de methodiek een goede start te maken in het coachen van iemand in een emotioneel complexe en problematische situatie. Deze goede start behelst:

  • Het separeren van de verschillende gevoelens.
  • Het creëren van inzicht in de bestaanszin van elk gevoel.
  • Het in contact brengen met achterliggende kernwaarden.
  • Het scheppen van overzicht met betrekking tot het bovenstaande.
  • Het scheppen van innerlijke ruimte en kracht om de problemen in de toekomst aan te gaan.

Je begeleidt je cliënt van, slachtoffer voelen, bedolven worden onder gevoelens naar contact met zelf, in control zijn en opkomen voor zichzelf. 

Relevante uitgangspunten:

De verschillende gevoelens komen van verschillende gedeelten.
Aangenomen wordt (voortbordurend op het bovenstaande voorbeeld) dat een gedeelte in de persoon zich bezighoudt met bijvoorbeeld boos zijn, een ander gedeelte met verdrietig zijn, weer een ander gedeelte met de toekomst van de kinderen etc. etc. Deze delen strijden als het ware in de persoon om aandacht om de eigen positieve intentie te verwezenlijken. Dit brengt me op het volgende uitgangspunt.

Elk gedrag heeft een positieve intentie.
Gedrag gaat gepaard met een gedachte en een gevoel. In dit geval is het gevoel dominant en ga je na wat de positieve intentie is van het gevoel.
Dit is ook het moment dat je in het deel gaat associëren, op de plek waar het deel in de fysieke ruimte is weergegeven. Dit om na te gaan: Wat wil jij (deel) met dit gevoel bereiken of vermijden. Je bent hierbij gericht op de onderliggende waarde van het gevoel en waarvan duidelijk is dat het niet gehaald wordt. Anders zou er geen boosheid, angst of verdriet zijn.
Het is hierbij belangrijk het deel aan het woord te laten en niet vanuit de ratio te gaan invullen.
Het is tevens belangrijk dat je doorvraagt totdat de waarde ook positief taalkundig geformuleerd is.
Bijvoorbeeld: “Voorkomen van gekwetst worden is belangrijk want…..” “Ik wil me veilig voelen.” Dan is veiligheid de positieve intentie/waarde.

Het beleven van de waarde en de kernwaarde.
Vervolgens wordt de aandacht gericht op de waarde achter de waarde, zoals bij het proces van Kerntransformatie ( van Connirae Andreas en Tamara Andreas.) dat achter elke positieve intentie weer een (hogere) positieve intentie ligt. Contact maken met en beleven van de hoogste positieve intentie (kernwaarde) leidt tot een kerntoestand.
Het bewustzijn van de waarde en het beleven van de achterliggende kernwaarde op deze manier laat energie van stagneren weer stromen en concreet geeft het ruimte. Een volgende stap in de coaching zou bijvoorbeeld kunnen zijn om na te gaan hoe deze waarde op een andere manier dan bijvoorbeeld boosheid te realiseren. Uiteraard is dit relevant maar het valt hier buiten het doel van deze methodiek.
Het weten van de waarde transformeert vaak ook al het beeld.

Het scheppen van een (mentale) ruimte buiten de persoon geeft ruimte in de persoon.
Elk deel/gevoel wordt in de mentale ruimte buiten de persoon gerepresenteerd in een beeld. Dit kan een metaforisch beeld zijn of een identieke versie van de persoon zelf, waarbij het gevoel volledig tot uitdrukking komt.
Door de delen een plek te geven in de (mentale) ruimte om iemand heen wordt overzicht en de mogelijkheid tot afstand gecreëerd. Het creëren van een grotere mentale ruimte schept aldus ruimte in de persoon.

Associëren geeft gevoel, dissociëren geeft ruimte.
Door het plaatsen van het beeld in de mentale ruimte buiten de persoon wordt de persoon in feite de mogelijkheid tot dissociëren (beschouwen) gegeven. Van daaruit ontstaat in de persoon zelf ook meer gevoel van keuzevrijheid en de mogelijkheid regie op het eigen leven te houden.

De methodiek en de stappen.

  1. Gevoelens in kaart brengen. Coach inventariseert de verschillende gevoelens die spelen bij de cliënt en die verantwoordelijk zijn voor de emotionele complexiteit. Het noteren van deze gevoelens op een flap-over geeft al enige afstand. Coach vraagt vervolgens welk gevoel de cliënt als eerst nader onder de loep wil nemen.
  2. Communiceren met het deel dat gerelateerd is aan dit gevoel.
    • Contact leggen. Coach begeleidt cliënt bij het contact leggen met het deel dat verantwoordelijk is voor het specifieke gevoel. Daarbij achterhaalt de coach de verschijningsvorm van het deel: beeld, gevoel of geluid.
    • Beeld van het gedeelte maken. Coach vraagt cliënt een beeld van het gedeelte te maken dat verantwoordelijk is voor het (primaire) gevoel.
    • Plek geven in de ruimte buiten de persoon. Coach vraagt waar in de (mentale) ruimte buiten jou zou jij dit gedeelte (het beeld dat gerelateerd is aan het (primaire) gevoel) een plek willen geven: Een plek die past voor jou èn die past voor het gedeelte. Coach gaat er hierbij vanuit dat als het gedeelte ecologische bezwaren heeft tegen die plek, daar ook niet plaats zal nemen.
    • Coach laat cliënt in het deel stappen.
    • Positieve intentie achterhalen. Coach laat cliënt positieve intentie van dit deel navragen: Wat wil jij….., deel door middel van dit gevoel bereiken of vermijden? Het is belangrijk hierop door te vragen tot dat de positieve intentie/waarde ook positief taalkundig geformuleerd is.
    • Upchunken tot hoogste positieve intentie (principe van kerntransformatie). Coach vraagt: En waarom is dat ….. (noemt positieve intentie) belangrijk voor jou? Coach herhaalt dit een aantal keren totdat cliënt bij een kernwaarde (hoog abstractieniveau) komt.
    • Associëren in (beleven van de) hoogste positieve intentie (kernwaarde): kerntoestand. Coach vraagt cliënt: Stel dat je …………….. (kernwaarde) realiseert: wat ervaar je, welk gevoel levert je dit op………./is hiermee verbonden.
    • Coach vraagt de cliënt de kerntoestand, verbinden met positieve intentie/waarde en primaire gevoel, eventueel door een kleur die past bij de kerntoestand.
    • Verbinden van primaire gevoel aan beeld in ruimte en koppelen aan de positieve intentie inclusief de kerntoestand. Coach benoemt: Het gevoel ……. (naam primaire gevoel) is gekoppeld aan dat beeld (schetst beeld met woorden cliënt) en je weet dat dit deel voor jou wil bereiken…………….. (positieve intentie) om te bereiken …………. (positieve intentie) etc. ……. om uiteindelijk te bereiken ……………… (kernwaarde)  en dat komt tot uitdrukking in  ………………….. (schetst kenmerken beeld dat hoort bij kerntoestand).

Deze stap wordt herhaald met elk gevoel.

3.   Het creëren van een ideale toestand met behulp van een identiteitsmetafoor. 

De cliënt heeft ruimte geschapen in zichzelf. Coach suggereert: Ik geef je een toverstaf en daarmee kun je je omtoveren tot een………… Ja tot wat……….?  Wat voor soort iemand zou je zijn in het adequaat omgaan met al deze delen??? 
Voorbeeld: “Cliënt toverde zich een goede fee die goed kan zorgen. Deze cliënt diskwalificeerde echter haar eigen identiteitsmetafoor door te zeggen: oh nee die gaat dan weer zorgen voor anderen. De coach nam de suggestie vanuit client’s onbewuste serieus en bedacht dat deze goede fee vooral verscheen om voor haar te zorgen………………… Dat werd in dankbaarheid aanvaard en de goede fee kreeg de ruimte om te opereren.

De gebruikte NLP-methodieken

In de geschetste methodiek zal de NLP-er een aantal bekende NLP-methodieken kunnen onderscheiden. 

Gebruik gemaakt is van:

  1. Communiceren met gedeelten (inclusief de verschillende techniekgedaanten)
  2. Kerntransformatie
  3. Panorama van gedeelten
  4. Operating metaphor.
  5. Het begeleiden van innerlijke processen
  6. In deze methodiek komt verder van pas kennis en kunde omtrent het begeleiden van interne processen.

Voor de volledigheid noem ik in het kort de stappen bij de bovenstaande methodieken.

Ad 1. Communiceren met gedeelten

Deze techniek bestaat uit de volgende stappen:

  1. Benoem het gedeelte dat verantwoordelijk is voor het gedrag, gevoel of gedachte bijvoorbeeld boosheid.
  2. Leg contact en begroet het gedeelte (wacht af hoe het zich openbaart via: gevoel, beeld of geluid in jezelf).
  3. Geef het gedeelte waardering dat het wil communiceren
  4. Vraag naar de positieve intentie met behulp van de vraag: Wat wil jij (naam gedeelte) voor mij bereiken of vermijden? En vraag door tot de positieve intentie positief taalkundig geformuleerd is.
  5. Bedank het gedeelte voor diens communicatie.

Ad 2. Kerntransformatie

  1. Kies een ongewenst gedrag en stel de positieve intentie vast
  2. Bepaal de intentie boven de intentie (oftewel de waarde achter de waarde)
  3. Ga door tot je tot een kernwaarde bent gekomen
  4. Beleef je kernwaarde (kerntoestand)
  5. Veranker je kerntoestand in alle zintuiglijke kanalen
  6. Maak nuttig gebruik van je kerntoestand

Zoals duidelijk is geworden wordt in de methodiek “Opkomen voor jezelf in een emotioneel complexe en moeilijke situatie” de kerntransformatie methodiek tot en met stap 4. gevolgd. Vervolgens wordt gevraagd naar hoe deze kerntoestand tot uitdrukking kan komen in het beeld, dat bij het primaire gevoel hoort. Soms gaat het via een kleur, soms door toevoeging van onderdelen aan het beeld.

Ad 3. Panorama van gedeelten.

Voor de delen [1] wordt een plek gecreëerd in de (mentale) ruimte buiten de persoon. Hiervoor is het nodig dat de representatie van het gedeelte (vaak een gevoel) omgezet wordt in een beeld. Welk beeld hoort bij dit (primaire) gevoel (coach herhaalt letterlijk de naam van het gevoel en door cliënt gegeven specificaties)

  1. Waar in de ruimte buiten je zou jij dit beeld een plek willen geven.
  2. Zoek naar een plek die zowel jou past als het gedeelte zelf.
  3. Maak contact met je kerntoestand, die hoort bij dit (primaire) gevoel en diens (hogere) positieve intentie. (coach herhaalt letterlijk de woorden die horen bij de kerntoestand).
  4. Laat deze kerntoestand tot uitdrukking komen in dat beeld van dit gedeelte (coach herhaal de kenmerken van het beeld). Daarmee weet je dat bij dit (primaire) gevoel, met deze (hogere) positieve intenties dit beeld past. (Coach herhaalt naam van het gevoel, kenmerken van het beeld inclusief kerntoestand, als ook de (hogere) positieve intenties)

In feite wordt hiermee de mentale ruimte van de persoon in kwestie vergroot. Dit heeft grote impact op overzicht en inzicht en daarmee de beheersbaarheid. (Meer over Mental Space Psychology kun je vinden via de site van Lucas Derks https://www.msp-academy.nl/mental-space-psychology/)

[1]  Geinspireerd door en gebaseerd op het Sociaal Panorama van Lucas Derks; Mental Space Psychology.

Ad 4. Identiteitsmetafoor

Een identiteitsmetafoor geeft via een metafoor richting aan complexe gedragingen van individuen. Nadat in de cliënt zelf ruimte is geschapen door de zin van gevoelens te onderkennen en ze te representeren als een beeld in een mentale ruimte buiten zich, is het tijd om de toverstaf van stal te halen. Gevraagd wordt zichzelf met deze toverstaf om te toveren tot…………….. Ja tot wat………………???? Wat voor soort iemand zou je zijn in het adequaat omgaan met al deze delen??? Beoogd wordt hiermee op de snelst mogelijke manier onbewuste processen op gang te brengen, die het rationele, bewuste denken overstijgen. Deze onbewuste processen leiden dan tot een (gewenste) metafoor op identiteitsniveau, waaraan tegelijk adequate overtuigingen gekoppeld zijn, die tegelijkertijd de gewenste vaardigheden zullen (kunnen) ontsluiten.

Ad 4. Het begeleiden van innerlijke processen.

Hierbij doet de coach suggesties voor innerlijke processen die de cliënt vervolgens bij zichzelf oproept. De stem van de coach is de gids voor de innerlijke reis die de ander onderneemt. In dit geval begeleidt de coach de cliënt bij het contact leggen met het gedeelte en het navragen van de positieve intentie. Bij dit proces wordt optimaal gebruik gemaakt van wijsheid uit het onbewuste. In het volgende stukje wordt een deel van een casus weergegeven, waaruit de begeleiding van dit interne proces ook tot uitdrukking komt.

Een deel van een casus (verbatim)

Deze client was bekend met NLP.

Er kan gekozen worden om elk deel meteen in de ruimte te plaatsen en de cliënt daarin te laten associëren en dan te gaan communiceren. In dit geval is gekozen voor contact met het gedeelte (via een intern proces) en daarna pas het gedeelte in de ruimte te plaatsen.

Coach: Allereerst gaan we de delen identificeren die verantwoordelijk zijn voor het gevoel wat ze jou geven. Met elk deel gaan we achtereenvolgens communiceren. Per deel gaan we vragen wat ze voor jou willen bereiken of vermijden met dat gevoel, wat ze jou duidelijk willen maken en hoe je daar beter rekening mee kunt houden. Dat laatste is een zorg in tweede instantie want ik denk dat op het moment dat je weet waarover ze gaan je zelf al meer inzicht krijgt hoe je ermee om kunt gaan. Je noemde gevoelens van bozig, cynisch, kritisch, machteloos en bang. Waar zullen we mee beginnen, welke ligt vooraan?

Cliënt: Het boze gevoel.

Coach: Er is een deel in jou dat heel actief is in die situatie, en jou boos laat zijn. Ik wil graag dat je lekker relaxed gaat zitten. En in gedachte contact opneemt met dat deel dat jou boos doet laten zijn, dus roep maar eens naar binnen hallo ‘deel dat mij boos doet laten zijn’, vanuit het vertrouwen dat het iets voor jou wil bereiken of vermijden. (Coach laat dit vertrouwen ook in eigen stem doorklinken). Misschien dat het antwoord via een beeld komt, misschien ook dat het boze gevoel weer terugkomt als antwoord, als respons van het deel…. Misschien ook dat het een stem is dat je weet o ja dat is mijn boze deel….. Als je contact hebt met dat deel kun je mij misschien vertellen hoe dat het met jou communiceert vanuit een gevoel, vanuit een geluid of vanuit een beeld.

Cliënt (blijvende interne focus): Onrustig iets dat knippert licht donker licht donker

Coach: Okay dus het is een beeld dat knippert licht donker licht donker… Iets heel onrustig. (coach gebruikt dezelfde tonatie)….  Dan wil ik je vragen aan dat deel dat onrustig is en knippert licht donker licht donker wat het voor jou met boos zijn in die situatie en soortgelijke  andere situaties wil bereiken of wil vermijden. Wat wil het bereiken of vermijden met jou boos te laten worden.

Cliënt: Het wil die boosheid uitspreken

Coach: Vraag eens aan het deel waarom het zo belangrijk is dat jij die boosheid uitspreekt, wat het daarmee voor jou wil bereiken of vermijden als je boosheid uitspreekt.

Cliënt: Daarmee hoopt het te bereiken dat er geluisterd wordt en dat er iets verandert.

Coach: Door het uitspreken wil dat deel bereiken dat er geluisterd wordt en dat dingen veranderen… Waarom is het zo belangrijk dat er geluisterd wordt en dat dingen veranderen?

Cliënt: Omdat het ziet dat dingen nog niet goed zijn.

Coach (vriendelijk confronterend): So wha,t dan zijn de dingen nog niet goed. Wat is daar mis mee als dingen nog niet goed zijn?

Cliënt: Ik heb altijd een streven vooruit om dingen te verbeteren en ik vind het heel vervelend als ik dan geen antwoord krijg.

Coach (de positieve intenties herhalend) Dus het is belangrijk dat er geluisterd wordt en dat dingen veranderen omdat je daarmee je streven vooruit om dingen te verbeteren wilt realiseren.

Cliënt: Ja

Coach: En wat maakt dat het belangrijk is voor jou. Jouw streven vooruit om dingen te verbeteren.

Cliënt: Het heeft veel met veiligheid te maken. Ik wil voor mensen een veilige omgeving.

Coach: Dus jouw streven vooruit om dingen te verbeteren is om veiligheid voor mensen te realiseren

Cliënt: Ja en vooral nu de kleintjes

Coach: En het is belangrijk dat ze veilig zijn, want……?

Cliënt: Ze worden aan me toevertrouwd en ik vind het dan belangrijk dat ze veilig zijn.

Coach: Veiligheid voor mensen realiseren omdat het mede jouw verantwoordelijkheid is?

Cliënt: Ja

Coach: Waarom is dat zo belangrijk dat in het toevertrouwen jij je verantwoordelijkheid neemt?

Cliënt: Dan kom ik mijn verantwoordelijkheid na

Coach: En dat is belangrijk want…..?

Cliënt: Omdat ik voor iets sta

Coach: Iets waar voor je staat..  wat voor soort iets is dat iets waar voor je staat?

Cliënt: Een algemeen soort zorg

Coach: Wat voor soort algemeen soort zorg is die zorg?

Cliënt: Ik wil graag dat iedereen het goed heeft.

Coach: En wat bereik je daar dan mee dat iedereen het goed heeft… Waarom is dat belangrijk?

Cliënt: Prettig in het leven staan

Coach: Dus dit deel wat onrustig is dat knippert licht donker licht donker heeft uiteindelijk het tot doel dat jij voor iets staat dat iedereen veilig is en het goed heeft en prettig in het leven staat.

(tijd gevend om deze relatie te leggen)

 Coach: Als je dit deel dat onrustig is en knippert licht donker licht donker een plek in de ruimte buiten je  zou willen geven, waar zou het dan op zijn plek zijn: goed op zijn plek voor jou maar ook goed op zijn plek voor dat gedeelte. Want dat deel wil ervoor zorgen dat je boos wordt, dat je je boosheid uitspreekt, wil ervoor zorgen dat ernaar je geluisterd wordt ten aanzien van de dingen die nog niet goed zijn dat ze veranderd worden, wil zorgen voor de veiligheid van mensen met name van kleintjes dat jij je verantwoordelijkheden kunt nakomen dat jij kunt staan voor iets en dat iets is dat iedereen het goed heeft. (nogmaals de verbindingen leggend van boze gevoel en beeld naar de (hogere) positieve intenties)……………

Welke plek om jou heen. Waar zou dat deel een plek hebben……… In de mentale ruimte om je heen.

Zet het deel daar waar jij het graag wil hebben en dan gaan we vanzelf wel ontdekken of het deel het er ook mee eens is. En als het er niet mee eens is dan zal het er zich echt niet neer laten zetten.

Cliënt: Een beetje schuin in mijn bikveld

Dat deel dat onrustig is en knippert licht donker licht donker…. Een knipperbol

Coach: En hoe kun je ervoor zorgen dat de positieve intentie van dat deel dat jij staat voor dat iedereen het goed heeft dat dat jouw ultieme streven is dat dat in die knipperbol tot uitdrukking komt. Dat je weet dat het deel te maken heeft met je boosheid en met  je wil staan voor dat iedereen het goed heeft. En hoe kun je die gedachte dat iedereen het goed heeft……… tot uitdrukking kunnen laten komen in dat beeld.

Cliënt: Ik kan de verbinding nog niet goed maken.

Coach: Nou weet je wat doe eens even het volgende……………………………  Stel je voor dat iedereen het goed heeft stel je voor dat je dat bereikt hebt dat iedereen het goed heeft dat dat de beste keus is die je kunt maken dat je het prettig hebt hoe zou je je daarbij voelen……….. wat voel je dan als iedereen het goed heeft.

Cliënt: Een soort warmte een welbehagen.

Coach: En die warmte die welbehagen wat voor kleur heeft die?

Cliënt: Oranje.

Coach: En kan je die kleur toevoegen aan die knipperbol zodat je weet die boosheid heeft dat doel namelijk dat iedereen het goed heeft en dat je weet hoe het voelt aan die kleur oranje. Als je content bent over hoe die hogere positieve intentie herkenbaar wordt in dat beeld: Hoe is dat?

Cliënt: Beter

Coach: En staat het daar

Cliënt: Ja

Coach (cliënt terughalend uit intra-actie naar interactie). Kun je tekenen als jij hier bent waar staat het deel dan?

Cliënt (wijst): Dat heeft nu een plek gekregen en ook een relatie met de hogere positieve intentie.

Slotconclusies

  • Dit is natuurlijk mede afhankelijk van het aantal gevoelens dat onder de loep genomen wordt. Over het algemeen is een sessie van ongeveer 3 uur voldoende om bovenstaande methodiek toe te passen. Daarbij ga ik uit van vaardigheden op minimaal practitionersniveau. De tijdsbesteding is vrij lang. Voor de cliënt over het algemeen niet zo’n probleem omdat het leidt tot een “opgeruimd” gevoel.
  • In de inleiding is al een soort problematiek geschetst waarop deze methodiek is toegepast.  Ik kan me voorstellen dat ook mensen in rouwsituaties, of bij relatieconflicten baat kunnen hebben bij deze methodiek. Tot op heden heb ik daar nog geen concrete ervaring mee opgedaan. De methodiek kan tevens een goede start zijn voor verdere coaching.
  • Cliënten melden dat geschetste doelstellingen worden gehaald. De gevoelens worden gesepareerd. Er wordt overzicht gecreëerd en inzicht in hogere positieve intenties.

Testimonials

  • Ik viel terug op wie ik ben en wat ik belangrijk vind. Die criteria die kan ik vasthouden in wat er in het hier en nu gebeurt.
  • Ik ben in staat enorme kwaadheid te parkeren. (Dissociatie)
  • Kijk ook terug naar andere dingen die belangrijk zijn en kan per punt een plan trekken.
  • Overzicht maar ook zo dat je er iets mee kunt doen.
  • Rustig en helder: ik hoef niet onmiddellijk actie te ondernemen, ik kan voor mezelf zorgen.
  • Ik kan het van me afzetten. In plaats van dicht boven op me heb ik e.e.a. een betere plaats gegeven waardoor het me niet meer beklemt.
  • Ik kan nu beter zorgen en betere keuzes maken vanuit contact met mezelf.

 

Scroll naar boven